29-03-2010
Kort geleden liet de erfgenaam van de bekende Papendrechter Bob Luigies. mevr. Damstra-Visser, beslag leggen op de zogenoemde Rietgors-collectie. De collectie bestaat voor het grootste deel uit een schenking van de in 1978 overleden Luigies aan de gemeente.
Al vele jaren is die collectie onderwerp van oneindige discussies. Al die tijd staat ze ook opgeslagen en is ze nauwelijks toegankelijk voor het publiek, wat een voorwaarde voor de schenking zou zijn. De erven van wijlen Luigies hebben aansluitend op de beslaglegging een kort geding aangespannen tegen de gemeente. Argument is dat de gemeente de collectie slecht zou beheren, dat stukken verdwenen zouden zijn en dat ze niet voor het publiek toegankelijk is. Naar bleek zijn inmiddels ook stappen gezet voor het voeren van een zogenaamde bodemprocedure.
In het geding dat woensdag 24 maart diende voor de voorzieningenrechter in Dordrecht ontkrachtte de advocaat van de gemeente alle beschuldigingen. Bij een recente taxatie door een erkende taxateur is vastgesteld dat de collectie zich in goede staat bevindt. Van problemen zoals enkele jaren geleden is dankzij krachtige maatregelen geen sprake, zo is te lezen in het rapport. Er zouden geen stukken verdwenen zijn en nog geen maand geleden heeft de gemeenteraad besloten jaarlijkse een forse subsidie ter beschikking te stellen om jaarlijks enkele exposities mogelijk te maken.
Belangrijke kritiek en reden tot het geding is het feit dat de gemeente heeft besloten de collectie voor opslag onder te brengen in het Diep in Dordrecht. Dit is een opslagfaciliteit voor met name kunstwerken die uniek zijn in de wereld. De stukken zouden in een ongekend veilige locatie opgeslagen worden, wat bovendien een gunstig effect op de verzekeringspremie zou hebben. De erfgenaam eiste echter dat de collectie wordt ondergebracht in een dure tijdelijke opslag in Nieuw Vennep bij een commerciële opslag. Dit zou niet alleen hoge kosten meebrengen maar bovendien zou de verzekeringspremie daar 60.000 euro bedragen, ongeveer vijfmaal de huidige premie.
Overigens begon de advocaat zijn betoog met het standpunt dat weliswaar wordt aangenomen dat eiseres de enige erfgename is, maar dat dit nooit officieel is vastgesteld. Hij benadrukte echter dat de gemeente alles in het werk stelt de collectie ten toon te stellen en op een verantwoorde wijze op te slaan. Hij stelde daarom voor de collectie, hangende de procedure, gezien de hoge kosten toch in Dordrecht op te slaan en toe te staan dat regelmatig exposities kunnen worden gehouden. Naar bleek werd de erfgename vertegenwoordigd door een vervanger die pas een dag tevoren de stukken onder ogen had gekregen. De rechter besloot de zaak aan te houden om de raadsman de gelegenheid te geven met zijn cliënt te overleggen. Voor de voorzetting van de zaak is nog geen nadere datum afgesproken.
Bron: De Klaroen, door Chris Wijmans
